Beleggingsverzekeringen – Voorbeeld 4

Kifid zaaknummer20.03686
Datum klacht verzekeraar10-11-2020
Datum start Kifid procedure16-11-2020
Datum Kifid uitspraak29-01-2024
Bindend of niet-bindend adviesBindend

TER (Total Expense Ratio) of de kosten van het beheer van een beleggingsfonds

De kosten van het beheer van een actief beheerd beleggingsfonds kunnen aanzienlijk zijn en dus een belangrijke impact hebben op het uiteindelijk te bereiken resultaat. Over de beheerkosten dient een verzekeraar vanaf oktober 1998 vooraf informatie te verstrekken aan de verzekeringnemer.

De Geschillencommissie heeft bevestigd dat APL niet aan haar informatieverplichtingen heeft voldaan. De Commissie van Beroep heeft in 2019 een vijftal richtinggevende uitspraken heeft gedaan, waarvan de Geschillencommissie heeft gesteld deze als leidraad te zullen gebruiken bij de behandeling van klachten over beleggingsverzekeringen. Zie hier voor deze samenvatting. Uit onderdeel 4, pagina 3 van dit document is onderstaand tekstfragment gekopieerd:

De verzekeraar hoefde vóórdat de CRR 1998 van toepassing was, geen informatie te verschaffen over de TER. Vanaf 1 oktober 1998 was de verzekeraar wel verplicht de consument over de TER te informeren. Deze verplichting bestond op grond van Hoofdstuk III, artikel 02 van de CRR 1998. Daarmee werd invulling gegeven aan de verplichting voor de verzekeraar uit artikel 2, lid 2, onder q van de Riav 1998 om de consument in kennis te stellen van de invloed van kosten en inhoudingen ten laste van de consument op het rendement en de uitkering verbonden aan de verzekering*1. Indien de verzekeraar deze informatieverplichting niet is nagekomen, dan moet hij de in rekening gebrachte TER aan de waarde van de verzekering toevoegen en mag hij de TER in de toekomst niet meer in rekening brengen

Hieruit blijkt duidelijk dat als APL niet aan haar informatie verplichtingen heeft voldaan, welk feit vast staat, zij gehouden is de in rekening gebrachte TER aan de waarde van de verzekering toe te voegen en tevens deze kosten in de toekomst niet meer in rekening te brengen.

De Geschillencommissie besliste in deze zaak echter anders. Als grondslag voor haar beslissing verwijst de Geschillencommissie naar een uitspraak van de Commissie van Beroep: ‘Als de verzekeraar deze informatieverplichting niet is nagekomen, moet hij de schade die verzekeringnemer als gevolg daarvan heeft geleden, vergoeden (CvB 2020-00047, rechtsoverweging 5.11)’. Een zoekopdracht in het uitsprakenregister van de Commissie van Beroep naar deze uitspraak levert geen resultaat op. Het valt dus niet direct te controleren wat de CvB in een beslissing heeft overwogen als deze niet vindbaar is in het uitsprakenregister.

Het aantonen van de schade vereist dat de verzekeringnemer aannemelijk moet maken dat hij, bij het verstrekken van de juiste en volledige informatie, deze verzekering niet had afgesloten dan wel een andere beslissing had genomen. Los van het feit dat dit een behoorlijk verzwarende eis is, maakt de afweging van de Geschillencommissie duidelijk dat zij, in tegenstelling tot haar belofte, de richtinggevende uitspraak over de TER, naast zich heeft gelegd en een eigen koers heeft ontwikkeld.

Tegen deze uitspraak is hoger beroep ingesteld door de verzekeringnemer (tegen een eigen bijdrage van €500). Als de uitslag daarvan bekend is zal dit voorbeeld worden aangevuld.